Aan de hand van 2.500 jaar oude bekers en schalen reconstrueerden Duitse wetenschappers tot in detail hoe de oude Egyptenaren hun beroemde mummies balsemden. Ingrediënten kwamen soms van ver, blijkt uit nieuw onderzoek.
Enorme piramides, rijk versierde sarcofagen, de oude Egyptenaren verzorgden welgestelde overledenen tot in de puntjes. Uit een nieuwe studie blijkt bovendien dat ze exotische balsems gebruikten om mummies te maken. Duitse archeologen vonden in een werkplaats tien ingrediënten waarvan een deel afkomstig was van ver buiten Egypte. Het Duitse onderzoek verscheen vorig jaar in Nature.
De ingrediënten kwamen meestal uit het Middellandse Zeegebied, maar exotische materialen doken ook op. Zo vonden de onderzoekers damarhars uit Zuidoost-Azië, meer dan 5.000 kilometer verderop.
“De oude Egyptenaren hadden contacten over lange afstanden, dit is daarvan een duidelijk voorbeeld”, zegt Daniel Soliman, egyptoloog bij het Nederlandse Rijksmuseum van Oudheden. “Waarschijnlijk reisden zij zelf niet naar Azië, maar gaven handelaren de hars aan elkaar door.”
Om lijken langer te bewaren, gebruikten de oude Egyptenaren diverse balsems. Dat waren veelal mengsels van plantaardige harsen en oliën, soms met dierlijk vet. De precieze samenstelling van deze balsems bleef lange tijd een raadsel.
De Duitse onderzoekers bestudeerden 31 bekers en schalen van ongeveer 2.500 jaar oud. Die werden opgegraven in Saqqara, een grote begraafplaats ten zuiden van de Egyptische hoofdstad Caïro waar vooral de elite zijn laatste rustplaats vond.
Diverse inscripties omschreven wat er in de containers zat en hoe mensen de inhoud moesten gebruiken. Die teksten vergeleken de onderzoekers met de chemische samenstelling van het achtergebleven residu. Daarin vonden ze tien ingrediënten, in verschillende samenstellingen met elkaar gemengd.
“Het onderzoek is een mooie combinatie van archeologisch, taalkundig en chemisch onderzoek”, vindt Soliman. Hij is niet betrokken bij de Duitse studie, maar doet met het Rijksmuseum van Oudheden wel archeologische opgravingen in Saqqara.
Beeltenis van een balseming in een ondergrondse tombe, onder begeleiding van een priester.Beeld Nikola Nevenov
Het balsemen had ook een religieuze ondertoon, stelt Soliman. “Nabestaanden wilden het lichaam van de overledene transformeren tot een wezen met goddelijke krachten in het hiernamaals. Sommige materialen hielden de mummie langer goed. Andere, bijvoorbeeld bijenwas, hebben religieuze connotaties, zo weten we uit andere Oud-Egyptische rituelen. Dat onderscheid is soms moeilijk te maken. Voor de oude Egyptenaren ging het hand in hand.”
Waarom ze zoveel soorten balsems toepasten, blijft onduidelijk. “Misschien gebruikten ze verschillende balsems op andere momenten in het proces, of waren sommige materialen goedkoper.”
Het Duitse onderzoek trekt de gebruikelijke definitie in twijfel van twee veelgebruikte Oud-Egyptische materialen: antiu en sefet. Die verschenen vaak in beschrijvingen van religieuze offers.
Op basis van taalkundig onderzoek dachten Egyptologen lange tijd dat antiu vooral bestond uit mirrehars, afkomstig van planten uit de Arabische regio. Potjes gelabeld antiu bevatten echter een mengsel van dierlijk vet en jeneverbes. En sefet bleek geen olie te zijn, zoals lang gedacht, maar een zalf. “Egyptologen zijn zich ervan bewust dat vertalingen niet altijd kloppen. Dit laat zien dat we die vertalingen moeten blijven bevragen”, aldus Soliman.
Bron: Onderzoek publicatie Nature februari 2023
Meer over Balsemen en Verzorging vind je in de winkel van Alle Rust https://allerust.nl/winkel/